Waarom voedingseducatie
In 2018 had 50% van de Nederlandse volwassenen overgewicht en bijna 12% van de kinderen. Dit overgewicht kan leiden tot verschillende gezondheidsproblemen. Ook hebben kinderen met overgewicht vaker last van psychosociale problemen dan kinderen met een gezond gewicht. Voorbeelden van deze problemen zijn eetstoornissen, een laag zelfvertrouwen en stigmatisering.
Onze leefomgeving is in de afgelopen jaren op zo’n manier veranderd en ingericht dat het steeds makkelijker is geworden te kiezen voor ongezonde voeding. De makkelijke verkrijgbaarheid, veelheid van keuze, lage prijzen en grotere porties hebben allemaal bijgedragen aan de ongezondere omgeving waar kinderen tegenwoordig in opgroeien.
De oproep voor voedingseducatie in het basisonderwijs wordt dan ook steeds groter. In 2016 stelde de overheid al 5,7 miljoen beschikbaar voor het project JongLerenEten: een programma om kinderen structureler in aanraking te laten komen met informatie en activiteiten over voedsel.
Steeds meer scholen kiezen ervoor om voedingseducatie op te nemen in hun curriculum. Dit is voor scholen een extra taak op hun toch al volle curriculum! Gebrek aan tijd is de belangrijkste reden waarom scholen kiezen om voedingseducatie (nog) niet op te nemen in hun curriculum.